dinsdag 14 juli 2015

De toekomst van onze privacy

Een jaar of twee geleden las ik De Cirkel van Dave Eggers. Een dystopisch sci-fi verhaal over Mae Holland, een jonge vrouw die komt te werken bij een grote multinational genaamd 'De Cirkel'. Dit is het resultaat van een fusie van fictieve varianten van grote bedrijven zoals Google, Apple, Facebook en Twitter. Ze komt terecht in een wereld waarin iedereen constant met elkaar in contact staat en waarin zo veel mogelijk van ieders leven wordt vastgelegd, op wat voor manier dan ook. Simpelweg omdat het leuk is en iedereen het doet. Gedurende de loop van het verhaal groeien de mogelijkheden van de technologie steeds verder uit en leveren alle werknemers van het bedrijf vrijwillig steeds iets meer van hun privacy in.

Ik vond het niet een bijzonder sterk boek, omdat de boodschap er voor mijn gevoel te dik bovenop lag en ik de hoofdperso(o)n(en) niet bijzonder slim vond, ik had moeite om met ze te identificeren. Ondanks de middelmatigheid moest ik er een tijdje geleden op een aantal momenten weer aan denken. De boodschap mag dan wel wat prekerig zijn, zo nu en dan bekruipt mij het gevoel dat het best eens zo zou kunnen zijn dat we werkelijk naar een maatschappij toe bewegen waarin we vrijwillig onze privacy meer en meer opgeven.


Eén van de zaken in het verhaal dat mij het meeste bij is gebleven is de ongelofelijk snelle manier hoe iemand zijn genoegen of ongenoegen kon uitspreken over een bepaalde gebeurtenis waar ook ter wereld en dat dit vervolgens ook best serieus genomen werd. Bijvoorbeeld een bepaald bedrijf dat onethisch te werk gaat en dat daar door de gigantische online community op wordt gereageerd door één simpele druk op de knop. Door de enorme hoeveelheid leden van de community overal ter wereld werd een dergelijk bedrijf al snel bang voor gezichtsverlies en verbeterde haar wegen.

Op dit moment zijn er meer en meer websites te vinden waar mensen petities kunnen starten of waar men lid kan worden en vervolgens petities krijgt toegestuurd per e-mail met het verzoek deze te tekenen. Ook dit gebeurt binnen enkele seconden en de websites beloven resultaat. Het werkt ook wel; websites als Avaaz en SumOfUs boeken werkelijk resultaten en de wereld wordt er een klein beetje beter door.

Vorige week moest ik opnieuw aan het boek denken toen ik de TED-talk aan het bekijken was van de Israëliër Oren Yakobovich. Hij is een ondernemer die, na in het leger te hebben gediend, besloot om mee te helpen met het blootleggen van ernstige misstanden in de wereld. Hij hielp onderdrukte minderheden aan camera's ter grootte van je vingertopje en verborg die in kleding of andere accesoires, zodat deze mensen zonder gevaar te lopen misstanden konden filmen en aan het licht konden brengen. In het filmpje worden al een aantal successen genoemd.

Dit is natuurlijk fantastisch, het is heel goed dat corruptie wordt aangepakt en de mensen die geweld plegen worden aangepakt. Met dit soort camerabeelden weet je ook direct zeker dat je de juiste mensen oppakt.

Michel Foucault heeft veel nagedacht over de maatschappij en hoe deze georganiseerd wordt. Hij vroeg zich ernstig af waarom vandaag de dag mensen met mentale ziektebeelden worden opgenomen en worden behandeld voor deze zaken, waarom het überhaupt als 'ziekte' wordt gezien, terwijl deze mensen vroeger gewoon vrij rond mochten blijven lopen. Destijds werden ze niet gezien als 'ziek', maar als 'anders'. 

Zo heeft de hedendaagse maatschappij nog andere manieren bedacht om mensen die niet aan de 'norm' voldoen buiten te sluiten. Wij hebben een sociaal systeem gecreëerd met een norm die over honderden jaren door de maatschappij als geheel is bepaald. Er is bepaald wat normaal gedrag is en wat echt niet kan. Vroeger was het geen probleem om slaven te houden en was het ook normaal dat de man meer rechten had dan de vrouw. Zo is er natuurlijk nog veel meer. Al deze zaken behoren nu niet meer tot de dingen die we als normaal beschouwen. We leven in een sociaal systeem waarin we, min of meer, passief over elkaar waken zodat niemand de fout in gaat. 
Een mooie metafoor waarin Foucault dit principe het beste toe wist te passen was het idee van het Panopticon; een cirkelvormig gebouw met in het midden een kleine ruimte met een bewaker of observeerder en daar omheen de 'geobserveerden'. Deze laatste groep zou bijvoorbeeld gevangenen kunnen zijn. In het geval van een gevangenis kan vanuit de middelste ruimte elke gevangene in de gaten worden gehouden, maar geen enkele gevangene weet op geen enkel moment wanneer de bewaker naar hem kijkt. Als gevolg hiervan is het idee dat alle gevangenen zich daardoor automatisch zullen gedragen, simpelweg door de kans dat ze in de gaten gehouden zouden kunnen worden.
Op eenzelfde manier werkt het ook in de maatschappij, we houden veel ideeën en frustraties voor onszelf, omdat we vermoeden dat door deze te uitten we wellicht buiten de norm van de maatschappij vallen. Dit is niet per se slecht; immers worden er, volgens diezelfde norm, nu niet zo maar mensen op straat vermoord en kunnen homoseksuelen (gelukkig) al in een groot deel van Nederland zonder gevaar rondlopen. 
Maar de sociale controle zorgt er steeds meer voor dat we ons op vrijwel elk moment van de dag moeten gedragen naar maatschappelijke maatstaven.

Dit komt ook weer terug in De Cirkel, waarin iedereen langzaam zijn privacy opgeeft met het idee dat we zo goed mogelijk op de hoogte moeten blijven van elkaars leven. Want zodra je elkaar in de gaten kan houden behoedt je elkaar ook voor slechte, criminele zaken.


Daarom denk ik dat we, of we het nou willen of niet, langzaam naar een scenario toe bewegen zoals beschreven in De Cirkel. We hebben bijna geen keuze, omdat het slechts enkelingen zijn die besluiten te stoppen met het gebruik van Facebook, Gmail of Twitter. Om een omslag te bewerkstelligen waarin respectvol wordt omgegaan met onze privacy zouden we massaal, met tien- of honderdduizenden tegelijk moeten overstappen naar alternatieven. Het afgelopen half jaar leken de alternatieven voor Facebook ineens overal uit de grond te schieten, maar alles legt het af tegen Facebook. Niemand vertrekt echt, omdat de anderen het ook niet doen. En niemand wilt contacten missen die misschien iets minder thuis zijn in de wereld van alternatieven van social media. Het echt goede nieuwe alternatief moet minstens zo gebruikersvriendelijk zijn als Facebook, maar wat echt belangrijk is, is dat het in een korte periode populair wordt.

woensdag 1 juli 2015

De natuur en onze beschermingsdrang

Onlangs las ik dit artikel op Vice. Het gaat over dierentuinen en dat ze misschien allemaal maar eens gesloten moeten worden, omdat het dierenwelzijn er zeer slecht is. Veel dieren die er worden gehouden hebben van nature duizenden malen meer oppervlakte tot hun beschikking als leefomgeving in de vrije natuur. Bovendien worden er, helaas nog steeds, vrij nare manieren gebruikt om de wilde dieren af te richten.
"Een veelgehoord argument vóór het bestaan van dierentuinen, is dat ze belangrijk zijn voor het conserveren van diersoorten. Als we de cijfers hieromtrent onder de loep nemen, dan zien we echter al snel dat dit een mythe is. Minder dan één procent van alle dierentuinsoorten is momenteel deel van een serieus conserveringsprogramma."
 En dat is eigenlijk waar ik het vooral over zou willen hebben.

Ik merk bij mezelf dat ik me zo nu en dan ernstig zorgen maak over sommige diersoorten die uitsterven. Vooral als het in verband staat met stropers die systematisch een einde lijken te maken aan het bestaan van een bepaalde diersoort. Menselijke hebzucht kent werkelijk geen grenzen. Goede voorbeelden zijn natuurlijk de olifant en de neushoorn. Ik kan hier erg droevig van worden. Maar de enige twee manieren om hier iets tegen te doen is directe bescherming van de diersoorten en campagnes die het gebruik van de gewonnen dierlijke materialen ontmoedigen. Zelf heb ik het gevoel dat dat laatste nog te weinig wordt gedaan. Vooral het bijgeloof en statussymbool van het poeder van vermalen neushoorn-hoorn is akelig en vrij ziek te noemen. 

Toch is het iets typisch menselijks om zo bezig te zijn met het behoud van diersoorten. De diersoort zelf houdt zich niet echt bezig met de hoeveelheid van soortgenoten, behalve als dit in zijn directe omgeving merkbaar wordt, natuurlijk. De mens is een empathisch wezen en we kunnen er slecht tegen als dieren door hebzucht of als statussymbool worden gedood, een goed voorbeeld is Melissa Bachman. Dit is voor mij de voornaamste reden dat ik zo tegen de illegale jacht op de eerder genoemde diersoorten ben. Verder ben ik ook tegen de jacht op elk ander dier.

Ik vind het arrogant van ons mensen dat we de neiging hebben om de natuur even te helpen door de aantallen diersoorten 'eens even' te gaan beheren. Er zijn te veel everzwijnen, dus moet een deel maar worden afgemaakt. Maar hetzelfde zou ik willen zeggen over het conserveren van diersoorten. Deze bedreigde diersoorten hebben wellicht baat bij onze pogingen, maar voor de individuele dieren maakt het helemaal niets uit. Sterker nog, ik vermoed dat veel van deze dieren onder veel meer stress leven dan wanneer ze in de vrije bedreigende natuur zouden leven. 

Er zijn de afgelopen miljoenen jaren behoorlijk wat diersoorten uitgestorven en bij slechts een handvol komt dat door toedoen van de mens. Het is natuurlijk erg jammer als het zo ver komt en het aan ons menselijke gedrag te wijten is dat een diersoort uitsterft, maar om de soort die op het punt staat uit te sterven te conserveren is een eigenschap van ons die voor een groot deel voort komt uit ons egoïsme. We zouden het gewoon zo zonde vinden als we die dieren niet meer in het wild kunnen zien leven. En natuurlijk zouden die individuele dieren ook heus zelf wel willen blijven leven, dat is immers iets wat elk dier wilt.

Wat ook te begrijpen is, is het feit dat bepaalde diersoorten nodig zijn voor een gebalanceerd ecosysteem. Er zijn dus veel redenen voor om sommige diersoorten te conserveren en er voor te zorgen dat ze blijven voortbestaan. Maar ik denk dat we niet moeten vergeten dat dit vooral iets is waar uiteindelijk wij zelf het meest bij zijn gebaat. We willen geen kapot ecosysteem en we willen geen kapotte Aarde, omdat wij er dan zelf, als mens, aan onderdoor zullen gaan. 

Wellicht zouden we onszelf kunnen zien als 'herders van de wereld', door onze intelligentie en de daar uit voortgekomen technologie die ons helpt. Maar als we dat echt zijn dan zouden we de natuur voor het grootste gedeelte met rust laten, haar eigen gang laten gaan en onze soortgenoten er van weerhouden om er invloed op uit te oefenen. We staan niet boven de natuur, we maken er deel van uit.